Fotoalbum » Paddenstoelen » Helmmycena, op een boomstronk, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Helmmycena, op een boomstronk, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Mycena galericulata
Copyright © Jan Vink
Deze foto mag niet zonder schriftelijke toestemming worden gebruikt!
Zie voorwaarden voor het gebruik van foto's van deze site.
Deze foto mag niet zonder schriftelijke toestemming worden gebruikt!
Zie voorwaarden voor het gebruik van foto's van deze site.
Helmmycena, op een boomstronk, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Wetenschappelijke naam: Mycena galericulata
Waarschuwing:
Het juist determineren van paddenstoelen is soms een lastig karwei. De namen van paddenstoelen gebruikt op deze site geven dan ook geen garantie op de juistheid van de determinatie. Vergissingen zijn mogelijk en kunnen soms verstrekkende gevolgen hebben!!!
De helmmycena is een veel voorkomende paddenstoel in onze natuurgebieden. De Mycena- familie is overigens een behoorlijk grote groep van allerlei aanverwante paddenstoelen. Zij zijn door de kleine verschillen vaak moeilijk uit elkaar te houden. De helmmycena komt vaak voor in kleine groepjes op boomstronken en zijn vooral in het najaar veelvuldig te zien. Ook op andere momenten in het jaar kun je deze paddenstoelen wel tegenkomen in onze natuur.
Deze mycenasoort leeft saprotroof; met andere woorden: Het is een afvaleter (saprofiet).
Bij paddenstoelen wordt gelukkig vaak een onderscheid gemaakt tussen eetbare, niet eetbare en zelfs giftige soorten. Als zijnde niet voldoende deskundig op het terrein van determinatie zal ik mij dan ook nooit wagen aan het eten van zelf geplukte paddenstoelen. Het vlees van de helmmycena is bijvoorbeeld mild van smaak. De geur is melig en indien de paddenstoel is gekneusd zelfs ranzig. (informatie uit Paddenstoelen van West-Europa van Roger Phillips; uitgeverij Spectrum) Nou ja, eet smakelijk zou ik zo zeggen. De neus wil bij mij toch ook altijd wel wat meedoen als het gaat om de smaak der voedingsmiddelen.
In de Amsterdamse Waterleiding Duinen trof ik vanmorgen een stronk met “bewoning” aan. De zwamvlok doet onzichtbaar in het hout haar afbrekende werk. De paddenstoelen zijn eigenlijk niets anders dan vruchtlichamen die de verspreiding van de sporen (zaden bij o.a. paddenstoelen, maar ook bij varens, mossen, enz.) mogelijk maken. Zij zijn dus eigenlijk vergelijkbaar met de bloemen bij onze planten met als enige functie voortplanting, dus instandhouding van de soort.
Voor deze foto heb ik een afgezonderd exemplaar van het “toefje” paddenstoelen uitgezocht. Het is een wat ouder exemplaar. Bij jonge helmmycena's is de hoed meestal nog klok- of kegelvormig om met het stijgen van de leeftijd meer uitgespreid te worden en dus uiteindelijk vrijwel plat. Het bultje (dit wordt ook wel een umbo genoemd) in het centrum van de hoed is echter altijd zichtbaar.
Foto gemaakt op: 09-10-2010
Afmeting: 3024x4032 pixels / 25,6x34,14cm; 300 dpi
Bestanden: tiff / jpeg
Camera: Olympus E30
Gebruikte lens: Sigma 150mm/2.8 EX DG Macro APO HSM, FT
Diafragma: 6,3
Focuslengte: 150 mm.
Sluitertijd: 1/25
ISO: 200
Statief: Manfrotto tripod
Wetenschappelijke naam: Mycena galericulata
Waarschuwing:
Het juist determineren van paddenstoelen is soms een lastig karwei. De namen van paddenstoelen gebruikt op deze site geven dan ook geen garantie op de juistheid van de determinatie. Vergissingen zijn mogelijk en kunnen soms verstrekkende gevolgen hebben!!!
De helmmycena is een veel voorkomende paddenstoel in onze natuurgebieden. De Mycena- familie is overigens een behoorlijk grote groep van allerlei aanverwante paddenstoelen. Zij zijn door de kleine verschillen vaak moeilijk uit elkaar te houden. De helmmycena komt vaak voor in kleine groepjes op boomstronken en zijn vooral in het najaar veelvuldig te zien. Ook op andere momenten in het jaar kun je deze paddenstoelen wel tegenkomen in onze natuur.
Deze mycenasoort leeft saprotroof; met andere woorden: Het is een afvaleter (saprofiet).
Bij paddenstoelen wordt gelukkig vaak een onderscheid gemaakt tussen eetbare, niet eetbare en zelfs giftige soorten. Als zijnde niet voldoende deskundig op het terrein van determinatie zal ik mij dan ook nooit wagen aan het eten van zelf geplukte paddenstoelen. Het vlees van de helmmycena is bijvoorbeeld mild van smaak. De geur is melig en indien de paddenstoel is gekneusd zelfs ranzig. (informatie uit Paddenstoelen van West-Europa van Roger Phillips; uitgeverij Spectrum) Nou ja, eet smakelijk zou ik zo zeggen. De neus wil bij mij toch ook altijd wel wat meedoen als het gaat om de smaak der voedingsmiddelen.
In de Amsterdamse Waterleiding Duinen trof ik vanmorgen een stronk met “bewoning” aan. De zwamvlok doet onzichtbaar in het hout haar afbrekende werk. De paddenstoelen zijn eigenlijk niets anders dan vruchtlichamen die de verspreiding van de sporen (zaden bij o.a. paddenstoelen, maar ook bij varens, mossen, enz.) mogelijk maken. Zij zijn dus eigenlijk vergelijkbaar met de bloemen bij onze planten met als enige functie voortplanting, dus instandhouding van de soort.
Voor deze foto heb ik een afgezonderd exemplaar van het “toefje” paddenstoelen uitgezocht. Het is een wat ouder exemplaar. Bij jonge helmmycena's is de hoed meestal nog klok- of kegelvormig om met het stijgen van de leeftijd meer uitgespreid te worden en dus uiteindelijk vrijwel plat. Het bultje (dit wordt ook wel een umbo genoemd) in het centrum van de hoed is echter altijd zichtbaar.
Foto gemaakt op: 09-10-2010
Afmeting: 3024x4032 pixels / 25,6x34,14cm; 300 dpi
Bestanden: tiff / jpeg
Camera: Olympus E30
Gebruikte lens: Sigma 150mm/2.8 EX DG Macro APO HSM, FT
Diafragma: 6,3
Focuslengte: 150 mm.
Sluitertijd: 1/25
ISO: 200
Statief: Manfrotto tripod