Fotoalbum » Zoogdieren » Damhert, hinde, foeragerend, grazend, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Damhert, hinde, foeragerend, grazend, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Dama dama
Copyright © Jan Vink
Deze foto mag niet zonder schriftelijke toestemming worden gebruikt!
Zie voorwaarden voor het gebruik van foto's van deze site.
Deze foto mag niet zonder schriftelijke toestemming worden gebruikt!
Zie voorwaarden voor het gebruik van foto's van deze site.
Damhert, hinde, foeragerend, grazend, Amsterdamse Waterleiding Duinen
Wetenschappelijke naam: Dama dama
In deze tijd van het jaar denk ik, als ik in de natuur rondloop, heel vaak aan de uitdrukking: Schraalhans is keukenmeester. De dieren spreken de laatste voedselbronnen aan. Soms kan dat zelfs dor gras zijn, want een gevulde maag verdringt het hongergevoel. Ook uit schijnbaar niet te vreten eten halen de dieren nog de nodige voeding om het uit te zingen tot het voorjaar in alle hevigheid losbarst.
In de afgelopen decembermaand is er in grote delen van ons land een ongekende hoeveelheid sneeuw gevallen. Deze witte deken is ook nog eens een vrij lange aaneengesloten periode blijven liggen. In zo'n situatie wordt het voor veel dieren echt wel even zeuren als het gaat om de bereikbaarheid van hun voeding. Veel vogels zoeken dan gebieden op waar geen sneeuw ligt en de strengste vorst nog geen huis houdt. Voor dieren die zich lopend moeten verplaatsen, zoals de damherten, is dit gewoonweg ondoenlijk. Hun migratie (het zich verplaatsen over afstanden) is door de inrichting van ons land onmogelijk geworden. Zulke dieren proberen door het wegkrabben van de sneeuw met hun hoeven bij hun voedsel te komen. Ook worden er aanslagen gepleegd op de schors en bast van bomen en struiken. Het komt niet zelden voor dat zo'n boom dan geringd wordt. De bast wordt rondom de stam weggevreten. Hierdoor wordt de sapstroom van de boom doorbroken en kan het water de takken, knoppen en later de bladeren niet meer bereiken. Het “slachtoffer” in kwestie zal dan vrijwel zeker overlijden. Sommige bomen en struiken zijn in staat om vanuit slapende knoppen in het restje van de schors, wat onder de kaalgevreten plek blijft zitten, of vanuit de wortels opnieuw uit te lopen. Hieruit blijkt een enorme “wil” om te overleven. Alle delen van de boom, die zich boven de geringde plek bevinden, sterven af.
Eigenlijk blijkt uit het overschakelen op deze voedselbron, dat de dieren ook erg aan het leven hangen en er alles aan zullen doen zich door deze magere tijden heen te slaan. Als ik 's avonds een bordje schors voor mijn neus zou zien staan, haal ik dit lichaamsdeel er echt wel voor op. Wij mensen zijn lichamelijk nu eenmaal niet uitgerust om dergelijke kost naar binnen te kunnen werken, laat staan om het zonder mankeren te kunnen verteren. Hoewel in tijden van honger door mensen ook veel voedsel gegeten wordt, waar wij onder normale omstandigheden niet aan zouden moeten denken. Ook voor ons geldt dus: Honger maakt rauwe bonen zoet.
Over niet al te lange tijd spat het groen er aan alle kanten weer uit. De tijden van overvloed breken dan weer aan. Als je het als dier tot nu toe overleefd hebt, is de kans groot dat voedselgebrek, tot aan de volgende winter, niet de reden van een mogelijk overlijden zal zijn. Of dat een geruststellend vooruitzicht is, is van diersoort tot diersoort verschillend. De ene soort is nu eenmaal gevoeliger voor predatie (het gegeten worden) dan de andere soort. Ook dat is natuur!
Foto gemaakt op: 22-02-2011
Afmeting: 3648x2736 pixels / 30,89x23,16 cm
Bestanden: tiff / jpeg
Camera: Olympus E3
Gebruikte lens: Sigma 50-500 mm., four-thirds
Diafragma: 10
Focuslengte: 390 mm.
Sluitertijd: 1/160
ISO: 125
Statief: Manfrotto tripod
Wetenschappelijke naam: Dama dama
In deze tijd van het jaar denk ik, als ik in de natuur rondloop, heel vaak aan de uitdrukking: Schraalhans is keukenmeester. De dieren spreken de laatste voedselbronnen aan. Soms kan dat zelfs dor gras zijn, want een gevulde maag verdringt het hongergevoel. Ook uit schijnbaar niet te vreten eten halen de dieren nog de nodige voeding om het uit te zingen tot het voorjaar in alle hevigheid losbarst.
In de afgelopen decembermaand is er in grote delen van ons land een ongekende hoeveelheid sneeuw gevallen. Deze witte deken is ook nog eens een vrij lange aaneengesloten periode blijven liggen. In zo'n situatie wordt het voor veel dieren echt wel even zeuren als het gaat om de bereikbaarheid van hun voeding. Veel vogels zoeken dan gebieden op waar geen sneeuw ligt en de strengste vorst nog geen huis houdt. Voor dieren die zich lopend moeten verplaatsen, zoals de damherten, is dit gewoonweg ondoenlijk. Hun migratie (het zich verplaatsen over afstanden) is door de inrichting van ons land onmogelijk geworden. Zulke dieren proberen door het wegkrabben van de sneeuw met hun hoeven bij hun voedsel te komen. Ook worden er aanslagen gepleegd op de schors en bast van bomen en struiken. Het komt niet zelden voor dat zo'n boom dan geringd wordt. De bast wordt rondom de stam weggevreten. Hierdoor wordt de sapstroom van de boom doorbroken en kan het water de takken, knoppen en later de bladeren niet meer bereiken. Het “slachtoffer” in kwestie zal dan vrijwel zeker overlijden. Sommige bomen en struiken zijn in staat om vanuit slapende knoppen in het restje van de schors, wat onder de kaalgevreten plek blijft zitten, of vanuit de wortels opnieuw uit te lopen. Hieruit blijkt een enorme “wil” om te overleven. Alle delen van de boom, die zich boven de geringde plek bevinden, sterven af.
Eigenlijk blijkt uit het overschakelen op deze voedselbron, dat de dieren ook erg aan het leven hangen en er alles aan zullen doen zich door deze magere tijden heen te slaan. Als ik 's avonds een bordje schors voor mijn neus zou zien staan, haal ik dit lichaamsdeel er echt wel voor op. Wij mensen zijn lichamelijk nu eenmaal niet uitgerust om dergelijke kost naar binnen te kunnen werken, laat staan om het zonder mankeren te kunnen verteren. Hoewel in tijden van honger door mensen ook veel voedsel gegeten wordt, waar wij onder normale omstandigheden niet aan zouden moeten denken. Ook voor ons geldt dus: Honger maakt rauwe bonen zoet.
Over niet al te lange tijd spat het groen er aan alle kanten weer uit. De tijden van overvloed breken dan weer aan. Als je het als dier tot nu toe overleefd hebt, is de kans groot dat voedselgebrek, tot aan de volgende winter, niet de reden van een mogelijk overlijden zal zijn. Of dat een geruststellend vooruitzicht is, is van diersoort tot diersoort verschillend. De ene soort is nu eenmaal gevoeliger voor predatie (het gegeten worden) dan de andere soort. Ook dat is natuur!
Foto gemaakt op: 22-02-2011
Afmeting: 3648x2736 pixels / 30,89x23,16 cm
Bestanden: tiff / jpeg
Camera: Olympus E3
Gebruikte lens: Sigma 50-500 mm., four-thirds
Diafragma: 10
Focuslengte: 390 mm.
Sluitertijd: 1/160
ISO: 125
Statief: Manfrotto tripod